Op het mystieke eiland Lemurië zoekt de cultus van Ubasti de Egyptische prinses Nadji om te offeren, zodat hun godin Ossana, wiens ziel in Nadji's lichaam woont, kan worden opgewekt door zwarte magie. Nadji bevindt zich in de haven van Suva in het Verre Oosten, maar wordt afgeschermd door de witte magische krachten van Frank Chandler, een Amerikaan die is opgevoed door oosterse mystici en ook bekend staat als Chandu. Wanneer Chandu echter alleen op reis gaat, is de kwaadaardige Stem van Ubasti in staat om haar op magische wijze naar Lemurië te brengen, waar zwarte magie hoogtij viert. Chandu zet de achtervolging in met zijn zus Dorothy, nichtje Betty en neef Bob; maar Chandu lijdt schipbreuk op het magische eiland en vindt zijn familie ook gevangen om te offeren terwijl hij wordt ondergedompeld in een eindeloos doolhof van grotten onder de kwaadaardige tempel, waar zowel zijn sterfelijke als magische kracht nutteloos lijken te zijn.

On the mystic island of Lemuria, the cult of Ubasti seek the Egyptian Princess Nadji to sacrifice so that their goddess Ossana, whose soul resides in Nadji's body, may be resurrected by Black Magic. Nadji is located in the Far East port of Suva, but shielded by the White Magical powers of Frank Chandler, an American raised by Eastern mystics who is also known as Chandu. When Chandu takes a voyage alone, however, the evil Voice of Ubasti is able to magically spirit her to Lemuria, where Black Magic reigns supreme. Chandu sets out in pursuit with his sister Dorothy, niece Betty and nephew Bob; but, shipwrecked on the magic island, Chandu finds his family also held prisoner for sacrifice while he is plunged into an endless maze of caverns beneath the evil temple, where both his mortal and magical strength seem rendered useless.