Als Pim en Pom gaan schaatsen in het 'Winterlandschap met schaatsers,' van Avercamp, botsen ze tegen het kleutertje Dirk op, dat verdrietig is omdat hij het niet kan. Pim en Pom helpen Dirk ieder op hun eigen manier, zodat hij al snel merkt, dat hij best kan schaatsten. Als hij er maar in gelooft.

In het schilderij 'Het Puttertje' ontmoeten Pim en Pom een distelvinkje die het Puttertje wordt genoemd, omdat hij met een klein emmertje water uit een bakje kan putten. Pim vindt het zo zielig dat het vogeltje vast zit aan een kettinkje, dat hij hem bevrijdt zodat hij lekker naar buiten kan vliegen. Maar als Pom het Puttertje juist waarschuwt voor alle gevaren buiten weet hij niet meer wat hij moet kiezen: het veilige leven binnen of het vrije leven buiten.

Pim en Pom willen spelen op het oorlogsschip 'De William Rex'. De leeuw, het trotse boegbeeld voorop het schip, beweert dat ze bange landrotten zijn, ze kunnen beter maken dat ze wegkomen. Maar het is al te laat, het schip wordt aangevallen door de vijand. Tot verbazing van de leeuw verzint Pom een list waarmee ze die vijand kunnen verslaan en nemen ze zelfs moedig het voortouw. De leeuw neemt zijn woorden terug. Pim en Pom zijn echte helden!

Pim vindt het spannend om verstoppertje te spelen in het 'Korenveld met kraaien' van Vincent van Gogh. Maar Pom raakt in paniek als hij Pim niet kan vinden. Hij is dolblij als ze elkaar weer kopjes kunnen geven op het pad tussen het koren. Samen spelen is leuk, maar dan moet je wel alle twee plezier hebben.

Melk! Pim en Pom springen de keuken in van 'het Melkmeisje,' van Johannes Vermeer. Zodra het Melkmeisje de keuken uit is, begint Pim, de melkschaal gulzig leeg te drinken. Als een muis boos uit haar schuilplek komt om melk te halen voor haar muizenkindjes is alles al op. Pim schaamt zich omdat hij alleen maar aan zichzelf dacht. Pom weet hoe ze het goed kunnen maken: ze zorgen persoonlijk voor verse melk en die halen ze bij... een koe.

Pim en Pom komen in een jungle van het Meissen porselein terecht waar de arme porseleinen vogels de hele dag worden gepest door een stelletje porseleinen apen. De poezen willen de vogels een pootje te helpen maar dan valt alles aan diggelen. In hun poging om de stukken aap en vogels weer snel aan elkaar te lijmen, ontdekken Pim en Pom dat scherven toch echt geluk brengen!

Als Pim en Pom op het schilderij van Jan Steen zien hoe een arme poes door een paar kinderen wordt gedwongen om te dansen, grijpen ze meteen in. Terwijl Pom de mandoline pakt en een vrolijker deuntje inzet, danst Pim een leuk dansje dat iedereen kan leren. De poes en de hond doen mee. De kinderen uiteindelijk ook, want samen dansen is veel leuker!

Terwijl Pom de blokjes en balkjes op het schilderij van Malevich probeert te ordenen tot iets wat ergens op lijkt, springt en vliegt Pim vrolijk tussen alles door. Pom komt er al snel achter dat er niks van te maken is: de blokjes en balkjes bewegen steeds weer alle kanten op. Daarom zijn ze juist zo leuk om mee te spelen roept Pim blij als ze samen wegvliegen op een blokjesbalkjes raket: joehoeee!

Pim en Pom schrikken van 'De bedreigde zwaan,' van Jan Asselijn, die een hond wil aanvallen. De zwaan zwaait woest met haar machtige vleugels. Maar ze blijkt best aardig te zijn. Ze beweegt zo boos omdat ze haar eieren wil beschermen. Pim en Pom helpen haar; ze kennen ook genoeg houdingen om de hond weg te jagen. Maar dan zien ze aan de kwispelende staart van de hond dat ook hij het niet kwaad bedoelt. Als tenslotte de kuikens uit de eieren komen, feliciteren ze de zwaan... ieder op zijn eigen wijze.

Veulens zijn toch niet blauw? De 'Blauwe veulens' van Franz Marc zijn dat wel en de veulens zijn trots op hun stoere kleur. Pim en Pom laten zich ook verleiden om hun vacht in een vrolijke of deftige kleur te verven en ze voelen zich opeens geweldig. Als ze kletsnat zijn geworden, is de kleur weer van hun vachtjes afgespoeld, maar dat hebben ze helemaal niet in de gaten. Ze voelen zich nog steeds geweldig. Gekke poezen, van buiten ben je rood, geel, grijs of zwart, maar van binnen blijf je gewoon Pim en Pom.

In het schilderij de Nachtwacht zijn de schutters zo aan het kibbelen over wie er vooraan mag staan, dat Pim en Pom besluiten de boel voor Rembrandt een beetje op orde te brengen. Maar als Pim, om de aandacht te trekken, heel hard op de grote trommel slaat, schrikt iedereen zo dat er een nog veel grotere chaos ontstaat. Tot Pim en Poms opluchting roept Rembrandt enthousiast dat iedereen precies zo moet blijven staan want dit is de allerbeste compositie ooit!

De mango's op het schilderij 'De mangobomen' van Gaugin zien er zo lekker uit dat Pim en Pom maar één ding willen: een lekkere sappige mango proeven. Terwijl Pim zijn leven waagt om hoog in de boom een lekkere mango te plukken, laat Pom zich door een paar geiten verleiden om dingen te proeven als gras, takjes en boomschors. Arme Pom krijgt er zo'n droge keel van dat als Pim eindelijk zijn mango heeft geplukt hij niks nieuws meer wil proeven, hij wil gewoon een oud vertrouwd sardientje.

Pim en Pom ontmoeten 'De vuurbokken', een gouden hond en kat, die elkaar niet kunnen uitstaan en altijd ruzie maken. Pim en Pom krijgen zelf van de weeromstuit ook ruzie. Opeens roepen ze allerlei onaardige dingen tegen elkaar. De gouden hond en kat moedigen hen aan: zeg elkaar maar eens flink de waarheid! Pim en Pom schrikken van hun eigen lelijke woorden. De echte waarheid is, dat ze soms wel eens kibbelen, maar toch altijd dikke vrienden blijven.

Als Pim en Pom 'Het meisje met de Parel' van Johannes Vermeer van dichtbij willen zien, komen zij erachter dat in haar andere oor ook een oorbel hoort te zitten. Het meisje is in paniek, want ze is de andere oorbel kwijt en het is nog wel een erfstuk van haar oma. Pim en Pom bieden zich aan als speurder en helpen haar zoeken, ieder op zijn eigen manier. En als het meisje nog eens precies haar laatste handelingen nagaat, vinden ze de oorbel op een onverwachte plek. Zo doe je dat als goede speurder.

Als de hond in 'De marskramer' van Jheronimus Bosch weigert afscheid te nemen van zijn vriendjes omdat hij met zijn baasje, de marskramer, gaat vertrekken, helpt Pim hem om zich te verstoppen. Maar Pom komt voor het baasje op: moet die dan helemaal alleen op reis? Nee, dat wil de hond niet, want zijn baas is wel zijn allerbeste vriend. Dat maakt het afscheid nemen wat minder moeilijk, zeker als zijn baas belooft dat ze nog eens terug zullen komen.

Pim en Pom hebben nog nooit zoveel lekker eten bij elkaar gezien als op het pronkstilleven van Adriaen van Utrecht. Van de kreeft en de aap mogen ze van alles een hapje proeven, maar niet te veel roept de hond want de gasten komen zo. Pim en Pom genieten van al het lekkers en als ze allemaal hongerige diertjes achter het raam zien toekijken, mogen die natuurlijk ook een hapje mee eten, er is meer dan genoeg!

Als Pim en Pom de Cancan dansers zien op het schilderij Le Chahut willen ze dit spektakel van dichtbij zien. Maar als ze aankomen in de nachtclub Le Moulin Rouge worden ze aangezien voor een bekend dans duo Les chats Noire et Rayé, de beste dansers van Parijs. Pim en Pom worden meteen naar de kleedkamer gebracht, geschminkt en dan moeten ze op.

Rond het bassin op het schilderij 'Het drijvend veertje' hebben de verschillende soorten vogels flinke ruzie over wie er aan de beurt is om te poedelen en te zwemmen. Pim en Pom stellen voor dat ze tegelijk gaan maar de exotische vogels zoals de Kraanvogel en de Flamingo voelen zich veel te goed om het bassin te delen met de eenden en de ganzen. Tot de poezen hen er op wijzen dat ze misschien wel verschillend zijn, maar ook allemaal iets delen: hun veren!

Als in het museum plotseling alle lichten uitvallen, zien Pim en Pom een Chinese porseleinen kat oplichten in het donker. Het blijkt een nachtlampje te zijn van kinderen die nooit naar bed willen. Pim en Pom helpen met de kinderen naar bed brengen en dan kruipen ze zelf ook veilig tegen het nachtlampje tot de lichten weer aangaan.

Als Pim en Pom de indrukwekkende 'Stier van Potter' en zijn gezelschap bezoeken, worden ze gealarmeerd door een vogel die vertelt dat er slecht weer aankomt. Pim en Pom gaan de koeien in het dal waarschuwen. Ze mogen allemaal boven bij de stier schuilen. Er is één koe die eigenwijs in de wei wil blijven staan. Maar als Pim en Pom in hun reddingsactie dan allebei dreigen kopje onder te gaan, kan ze niet anders dan de dappere poezen op het droge brengen. Wie heeft wie nu gered?

Pim en Pom vinden het poppenhuis van Petronella Oortman zo mooi, dat ze er dolgraag mee willen spelen. Maar volgens de huis kaketoe Lodewijk, is dit poppenhuis alleen om naar te kijken. Tot hij er tijdens de rondleiding die hij de poezen geeft, achter komt dat spelen toch veel leuker is dan kijken!

Pim en Pom zijn dol op circus, dus gaan ze nieuwsgierig een kijkje nemen bij 'De muzikale clown' van Renoir. Als de act met twee paarden erbij moet beginnen, gebeurt er niets. De paarden staken omdat ze iedere dag maar weer hetzelfde moeten doen. Dan nemen Pim en Pom het heft in handen. Ze doen mee met de paarden en verzinnen de leukste nieuwe kunstjes. Iedereen wordt aangestoken door hun enthousiasme, ook de Clown heeft nog nooit zulke bijzondere trucs gedaan. Zo zie je: het is nooit saai als je creatief blijft.

Pim en Pom gaan een kijkje nemen in een Oud Hollands interieur met een doorkijkje naar buiten. 'Moedertaak' heet het schilderij van Pieter de Hooch. Het meisje en de hond die daar wonen mogen van moeder samen spelen als ze zich maar niet vies maken. Pim en Pom doen lekker mee. Het spel wordt steeds leuker en wilder. Op het laatst zijn ze allemaal behoorlijk vies geworden. Ze krijgen op hun kop, maar dat geeft niets, want wat hebben ze een lol gehad.

Als Pom vertelt dat het schilderij 'Victory Boogie Woogie' van Piet Mondriaan een plattegrond is van New York, wil Pim meteen naar de allerhoogste wolkenkrabber. In New York bewegen de poezen zich op hun eigen manier door de stad: Pom neemt de gele taxi en de metro, Pim danst door de straten en rolschaatst door Central Park. Precies tegelijk komen ze aan bij het allerhoogste gebouw van New York en dan is het nog een hele race naar boven tot ze eindelijk allebei de wolken kunnen krabben.

Pim en Pom gaan op zoek naar de prachtige eenhoorn op het schilderij 'Orpheus en de dieren' van Paulus Potter. Ze vragen aan de verschillende dieren of ze hem hebben gezien, maar niemand weet of hij nou echt bestaat of niet. Tot Orpheus begint te spelen op zijn harp en de eenhoorn plotseling verschijnt voor iedereen die maar in hem wil geloven.